top of page

Fotografie

Leerdoelen

  1. Je kent de genres en kenmerken van de discipline fotografie.

  2. Je kunt beargumenteren wat een ‘artistieke’ foto is en wat een snapshot is.

  3. Je kunt de kenmerken toepassen in de verdiepende keuzeopdracht.

Fotografie legt het beeld van de werkelijkheid vast met behulp van licht op een lichtgevoelig materiaal. Daarvoor heb je een fotocamera nodig en een filmrolletje. Althans dat was enige tijd geleden. De amde analoge fotocamera’s zijn vervangen door de digitale, die in plaats van op film, een afbeelding bewaren op een elektronische beeldchip. Een foto wordt niet meer in een donkere doka ontwikkeld met behulp van verschillende chemicaliën maar opgeslagen in de vorm van pixels (gekleurde punten, die samen een afbeelding creëren) op een camera- of de computer.

 

Tegenwoordig combineren fotografen zowel analoge als digitale technieken. Met fotografie kunnen we alles wat we zien vastleggen. We kunnen het beeld snel reproduceren en de wereld terugbrengen tot een rechthoekig formaat.

Eerst een beetje geschiedenis (bekijk deze video).

persoon het nemen van foto

Verkennen

Doen 1

  1. Wat zijn, volgens jou, de belangrijkste verschillen tussen een gewone (snapshot) en een artistieke foto? Motiveer je antwoord.

  2. Zoek op je mobiel of op je iPad één zelfgemaakte foto die je heel goed of interessant vindt.

  3. Beschrijf in welke omstandigheden je deze foto genomen hebt en geef een korte beschrijving over de voorstelling (wat er op staat).

  4. Benoem in minimaal 3 punten de sterke eigenschappen van deze foto. Motiveer jouw keuze.

  5. Heb je deze foto digitaal bewerkt? Zo ja, geef aan welke programma’s of apps je daarvoor gebruikt hebt en welk effect je hiermee wilde bereiken? Zo nee, geef aan waarom niet.

Genres en kenmerken 

5 genres

  1. Oude stijl: De eerste kunstenaars, die aan het eind van de 19e eeuw met fotografie experimenteerden werden sterk beïnvloed door de schilderkunst. Ze probeerden de sfeer en de voorstellingen van schilderijen na te bootsen in een fotoatelier. Tegelijkertijd gebruikten kunstschilders een fotocamera om op een vernieuwende manier een momentopname vast te leggen (impressionisten).

  2. Nieuwe stijl: De nieuwe fotografie kwam met de komst van de 20e eeuw toen kunstenaars met de schilderachtige traditie wilden breken. Ze experimenteerden met het beeld: de compositie, het ongebruikelijke standpunt, de kadrering en de belichting van de onderwerpen. Ze fotografeerden vaak op de straat. Daarbij bewerkten ze de foto’s in de vorm van fotocollages.

  3. Documentaire stijl: Deze stijl heeft maatschappelijke verhalen als onderwerp. Denk aan de sociale, psychologische situatie van mensen, etnische, historische en politieke verhalen. Dit soort fotografie zie je vaak in de media en dat heet “fotojournalistiek”. Het doel van documentaire fotografie is het oproepen van een maatschappelijke debat, bv.: over het onrecht in de wereld, het milieu of het tonen van onbekende levensverhalen.

  4. Conceptuele stijl: In conceptuele fotografie staat een beeldverhaal centraal. Kunstenaars willen door middel van een serie (reeks) van foto’s een verhaal vertellen of een idee verbeelden, waarin emoties vaak een belangrijke rol spelen. Conceptuele fotografie wordt soms staged fotografie genoemd omdat de foto’s van tevoren geënsceneerd zijn. Denk aan een speciale setting, belichting en daarna de fotobewerking. In dit genre van fotografie kan een kunstenaar zijn fantasie los laten.

  5. Reclame/mode: Reclame en mode fotografie is het meest bekend dankzij een brede aanwezigheid in de media. Het doel is puur commercieel. Dat betekent dat een product er op de meest aantrekkelijke manier moet uitzien en zich moet verkopen. Een artistiek component is sterk aanwezig in deze fotografie. De beeldtaal van reclamefotografie wordt vaak gebruikt door beeldende kunstenaars, die net een andere boodschap willen geven.

​

6 kenmerken 

  1. Voorstelling: Onder voorstelling verstaat men dat wat de kunstenaar afgebeeld heeft. Dat kan een portret, landschap, genre ( een dagelijkse scene) of stilleven zijn. Deze begrippen zijn afgeleid vanuit de schilderkunst.

  2. Compositie: de ordening van elementen in het vlak. De compositie bepaalt mede de kracht van jouw beeld. Diagonale, verticale en horizontale hebben we al besproken bij hoofdstuk 4 Beeldende kunst. Bij een asymmetrische compositie ligt het onderwerp niet gecentreerd.

  3. Kader: Je kunt het onderwerp volledig in beeld nemen: totaalkader, maar dat kun je ook van dichtbij: close up en of een afsnijding toepassen, waarin je een deel van het beeld bewust weglaat (afsnijdt).

  4. Standpunt: Hiermee bedoelt men waar de camera staat. Je kunt de camera op ooghoogte zetten of laag bij de grond houden en de lens richt je omhoog: kikvorsperspectief. Het tegenovergestelde is vogelvluchtperspectief.

  5. Belichting: Het spel tussen licht en schaduw bepalen een hele foto. De harde licht-donker contrasten creëren diepte en een dramatische sfeer. De zachte, gelijkmatige belichting maakt een onderwerp platter. Het is een geliefde manier van het fotograferen van portretten, omdat de personen er geflatteerd uitkomen. Je kunt dag of kunstmatige belichting gebruiken. Licht kan van alle kanten komen. Door licht van achteren krijg je een silhouetje. Licht dat van de zijkant komt noemen we strijklicht.

  6. Focus: Focus is een scherp gebied op een foto en zet de nadruk op een belangrijk onderwerp. Daarbij is het moment, wanneer een foto gemaakt is, heel belangrijk. Dit is een samenkomst van een gewenste situatie, een goede belichting en de beweging.

Doen 2

  1. Zet bij de foto’s welk(e) kenmerk(en) je ziet. Gebruik de schuingedrukte woorden van de vorige bladzijde.






     

  2. Mode en reclamefotografie is, zoals je hebt kunnen lezen, het meest bekeken en moet er aantrekkelijk uitzien. Welke boodschap hebben de volgende fotografen met hun afbeelding willen overbrengen?

​

​

​

Afbeelding2.jpg
Kunstgallerij

Verbreden

Dimensie: Herkenning en verbreding

Kunstenaars zoeken de grens op van wanneer iets nog herkenbaar is. Als je iets herkent, dan heb je dat ooit geleerd of gezien. Vervreemding is als het niet meer zo herkenbaar is, en dat het ‘vreemd’ aanvoelt. Kunstenaars maken dus soms kunst ongeacht of het publiek het mooi vindt of niet (dat was vroeger wel anders). 

​

Tinkebell is een kunstenares uit Nederland, die bezig is met vervreemding. Ze neemt een herkenbare norm uit de samenleving en blaast deze zo op in haar kunst dat je er wel vragen over moet stellen. Zo is de tas die je hier ziet gemaakt van haar overleden depressieve kat.

 

Hieronder een foto van vervreemdende fotografie.

Afbeelding9.jpg
Afbeelding10.jpg

Doen 3

  1. Hier vind je negen tips om perfect te fotograferen, bekijk de tips en pas ze ook toe in de volgende opdrachten. Bekijk deze video.
     

  2. We gaan aan de slag en je hebt je mobiel nodig. Als het mooi weer is gaan we naar buiten. (dit kan eventueel ook thuis; in of om je huis) Je zoekt een plek om twee series van 4 foto’s te maken. In de series foto’s zijn onderstaande vier beeldaspecten zichtbaar.

    Serie A: Diagonaal, Kikvorsperspectief, Veel diepte, Kleur
    Serie B: Afsnijding, Vogelvluchtperspectief, Zwart/wit Symmetrische compositie


    Zet de serie foto’s bij elkaar in een wordbestand (twee pagina’s) en lever deze pagina’s bij je vooronderzoek in (ook als je niet voor één van de fotografie-opdrachten kiest).
     

  3. Jaarlijks worden de beste documentaire foto’s gekozen tijdens de fotowedstrijd World Press Photo. Deze beelden worden ieder jaar tijdens de expositie World Press Photo getoond o.a. in Amsterdam. Bekijk de winnende foto’s en andere genomineerde beelden. Ben je het eens met het oordeel van de vakjury? Zo ja, beschrijf in korte zinnen jouw mening. Zo niet, motiveer jouw mening. Welke foto maakte indruk op jou?

​

​

Analoge camera

Verdiepen

In de keuzeopdracht doe je zelf een verdiepend onderzoek over één van de twee behandelde disciplines. Voor je een keuze maakt lees je de opdrachten goed door. Dan kies je de opdracht die je wilt gaan doen. 

​

Een ding is altijd verplicht: het doen van een vooronderzoek. Dus voordat je aan de praktische opdracht begint ga je onderzoeken wat de discipline precies inhoudt, wat anderen ervan weten etc. Dit (voor)onderzoek maak je vóór je aan het praktische deel begint en lever je ook in.

 

Becijfering: Het cijfer dat je krijgt voor de verdiepende opdrachten telt mee als SE. Gebruik in je beschrijvingen of argumenten de kenmerken die je geleerd hebt bij de discipline.

Opdracht A: Stilleven

Een stilleven is een compositie (foto, schilderij of een tekening) van levenloze objecten, die met zorg zijn neergezet en uitgelicht. De voorwerpen zijn zorgvuldig uitgekozen vanwege de kleur en de gemaakte materialen (textuur). In deze opdracht ga je zelf stillevens fotograferen.

​

Stap 1: vooronderzoek (individueel)

  1. Lees onderstaande tekst en bekijk de afbeeldingen. Beargumenteer waarom je het stilleven op de afbeeldingen wel of niet een pronkstilleven vindt.

 

Tekst: In de 17de eeuw (Gouden eeuw) Hebben veel kunstenaars stillevens heel precies en secuur geschilderd. Het ging om hele dure producten die uit de verre landen kwamen. Ze wilden die zo realistisch en kleurrijk mogelijk (na)schilderen, Dat wordt een PRONKSTILLEVEN genoemd. Tegenwoordig worden stillevens vaak gefotografeerd.

​​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

Stillevens worden vaak in de reclamefotografie gebruikt om producten er zeer aantrekkelijk uit te laten zien. In de artistieke stillevens gaat het om een balans tussen licht en schaduw en een overloop van kleuren (Kleurtonen).

​

2. Bekijk deze video. Er wordt uitgelegd hoe de fotograaf Tobias Reymond te werk gaat.​

  1. Beschrijf 3 punten waarop een fotograaf moet letten als hij een stilleven met eten gaat fotograferen.

  2. Bekijk deze video.  Wat vindt je van haar manier van werken?

  3. Dit zijn tips voor stilleven: teken voordat je fotografeert, maak simpele opzetten, speel met licht, fotografeer reflecties, denk abstract, benadruk attributen, voeg een boodschap/verhaal toe. Dit wordt hier uitgelegd met superleuke voorbeelden! Welke tip is nieuw voor je?

  4.  Je kiest 4 tips uit, Je fotografeert een gekozen 3D-voorwerp en je past in elke foto een tip toe.

  5. Je plakt de gemaakte foto in een document. Je schrijft onder elke foto welke tip erbij hoort en of het gelukt is om de tip goed toe te passen. Lever het vooronderzoek in.

​

Stap 2: fotograferen van stillevens (individueel)

  1. Lees de opdracht en de voorwaarden. De voorwaarden staan hieronder.  Bedenk wanneer je wat gaat doen en maak een planning voor de komende lessen. 

  2. Verzamel voor het “Food Stying” stilleven verschillende etensproducten, bijvoorbeeld fruit, groente, brood, vlees, snoep etc. Tijdens het fotograferen gebruik je 3 verschillende standpunten en verschillende soorten belichting, Je verwekt in deze fotoserie minstens twee tips van de 7 tips over fotograferen van stillevens, Je zorgt voor een aantrekkelijke compositie,

  3.  Voor het stilleven “Gewone voorwerpen op een ongewone manier gefotografeerd’ zoek je acht 3D- voorwerpen die je dagelijks gebruikt. Tijdens het fotograferen gebruik je 3 verschillende standpunten en verschillende soorten belichting en een afsnijding. Denk aan een kleur in de achtergrond. Daarbij maak je 1 foto in zwart-wit. Om dit stilleven gebruik je twee andere tips over het fotograferen van stillevens, (die je dus niet niet de vorige fotoserie hebt gebruikt)

  4.  Je zet de twee fotoseries in een document, Bij elke fotoserie beschrijf je welke belichting, compositie, fototip je hebt toegepast, Lever dit in Magister Opdrachten in.

  5.  Overleg met je docent of het nodig is dat je uit elke fotoserie de beste foto print op een A4 fotosheet.

Afbeelding12.png
Dansoefening

Voorwaarden

  • Je maakt twee fotoseries:  “Food Styling” stilleven en een serie “Gewone voorwerpen op een ongewone manier gefotografeerd” stilleven.

  • Elke fotoserie bestaat uit minimaal 4 foto’s en maximaal 6 foto’s.

  • Elk stilleven bevat minimaal acht voorwerpen.

  • Je laat je inspireren door een stilleven uit de 17de eeuw.

  • Als de opdracht klaar is maak je de vragen “verbinden” om te reflecteren. 

​

Klik hier om naar de Rubric te gaan.

Opdracht B: Filmstils

Cindy Sherman is een Amerikaanse fotografe, die beroemd werd dankzij haar fotoserie ”Untitled Film Stills”. Haar zelfportretten doen denken aan shots uit films, maar ze zijn geheel verzonnen. Sherman speelt “filmachtige” personages na in een omgeving, die in een Hollywood film zou kunnen bestaan. De kunstenares is hierin vaak geschminkt en verkleed.

​

Stap 1: vooronderzoek (individueel)

  1. Bekijk dit filmpje en lees wat er staat op Wikipedia over Cindy Sherman en beantwoord de volgende vragen:

    1. Vind je dit kunst? Leg uit

    2. De foto’s zijn zwart/wit, waarom zou ze dat doen?

    3. Dit is geënsceneerde fotografie. Leg dit uit.

  2. Zoek op internet 3 foto’s uit de fotoserie Untitled Film Stills, die je het meest aanspreken. Plak deze foto’s in een document en schrijf bij iedere foto op wat je kunt zeggen aan de hand van de kenmerken: voorstelling, compositie, kader en belichting.

​

Stap 2: Foto's in de stijl van Cindy Sherman (individueel)

  1. Lees de opdracht en de voorwaarden. De voorwaarden staan hieronder.  Bedenk wanneer je wat gaat doen en maak een planning voor de komende lessen. Werk je samen, maak dan een taakverdeling.

  2. Maak een serie van 5 verschillende zelfportret foto’s, in de stijl van Cindy Sherman. Volg de volgende stappen bij het maken van de foto’s.

    1. ​Bedenk 5 situaties waarin je jezelf wilt fotograferen.

    2. Zoek geschikte locaties.

    3. Verzamel kleding en attributen die je nodig hebt.

    4. Maak de foto’s in zwart/wit.

    5. Bewerk de foto’s indien nodig.

    6. Als professioneel fotograaf wil je een grote expositie krijgen in het Stedelijk Museum Amsterdam. Hier- door krijg je bekendheid en grote opdrachten van musea uit de hele wereld om exclusieve foto’s te ma- ken. Je schrijft een promotieartikel van jouw gemaakte fotoserie. In jouw artikel bewijs je dat je genoeg  professionele kennis over fotografie en creativiteit bezit. Jouw artikel is 250 woorden lang en bevat de volgende inhoud:

      • Je legt uit wat het concept van jouw foto’s is.​

      • Beschrijf de werkwijze als artistiek fotograaf.

      • Welke kenmerken heb jij toegepast in de foto's? Gebruik deze professionele begrippen in jouw artikel.

      • Wat maakt jouw foto's exclusief en museumwaardig?

830_1995_RICR-Press Site.jpg

Voorwaarden

​

Klik hier om naar de Rubric te gaan.

bottom of page